In het geval van het bedrijfspand van Ton en Julia Verberk was daar geen sprake van, aldus de Raad. Nadat de politie in het pand in Baarle Nassau een tas met 24 kilo cocaïne had aangetroffen paste de burgemeester de bestuurlijke maatregel toe en werd het pand verzegeld met een grote sticker: ‘Dit is een drugspand’ erop. Verberk was woedend op burgemeester en gemeente. Zij wisten namelijk helemaal niets van drugshandel vanuit hun pand.
Ook omwonenden hadden nooit iets gemerkt. ,En het wordt nog erger, want de ontdekking bleek een gevolg te zijn van een drugsdeal die was opgezet door de politie om de bende waarmee de huurder kennelijk contact had op te rollen. Als de actie niet door de politie was opgezet was de tas met de cocaïne wellicht nooit in het pand terecht gekomen.
De Raad van State ziet geen aanwijzing dat er vanuit het pand in drugs gehandeld werd, want er was voldoende toezicht op het pand en de huurder. Niets leek op drugshandel. De Raad van State vindt dat de burgemeester beter moet onderbouwen. Zo niet dan kan Verberk een schadevergoeding eisen van de gemeente.
Het is nu dus de vraag in welke bochten de burgemeester van Baarle Nassau zich gaat wringen om de sluiting achteraf alsnog te rechtvaardigen, want fouten toegeven – of erger nog schade vergoeden – daar hebben bestuurders een hekel aan.
Naar de financiële schade omdat het pand een jaar niet verhuurd kan worden, er een rechtszaak gevoerd moest worden en er veel tijd in deze kwestie is gaan zitten, is er ook emotionele- en imagoschade. Wat ons betreft kan de gemeente haar beurs trekken.