Wapwinkel blog

smartshop nieuws, iedere dag

Militair handelde in cocaïne en wapens

nov 3, 2023
Militair

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft een gevangenisstraf van zes jaar geëist tegen een 44-jarige militair die werkzaam is bij het Korps Commando Troepen. Dit naar aanleiding van zijn betrokkenheid bij cocaïne- en wapenhandel. De militair, die een voorbeeldfunctie in de samenleving bekleedt, wordt ervan beschuldigd misbruik te hebben gemaakt van zijn positie en daarmee het vertrouwen ernstig te hebben beschaamd. In totaal zijn er zes verdachten, waaronder de militair, in Marbella en Malaga gearresteerd. De zaak kwam aan het licht dankzij het onderzoek 26Lyons, waarbij ook cryptocommunicatie een belangrijke rol speelde.

Korps Commando Troepen

De militair, werkzaam bij het Korps Commando Troepen (KCT), wordt beschuldigd van drugshandel en voorbereidingshandelingen daarvoor, wapenhandel, schending van zijn ambtsgeheim en beroepsgeheim, evenals ongeoorloofd bezit van wapens en munitie. Uit onderschepte cryptocommunicatie is gebleken dat hij veelvuldig contact had met een eerder veroordeelde drugshandelaar. Ondanks dat de cocaïne niet fysiek werd aangetroffen, vormde de onderschepte communicatie voldoende bewijs voor de voorbereidingshandelingen.

Wapenmakelaar

Daarnaast wordt de militair ervan beschuldigd als wapenmakelaar te hebben gefungeerd, waarbij hij wapenleveranciers in contact bracht met de eerdergenoemde drugshandelaar. Hoewel deze wapenleveranties uiteindelijk niet hebben plaatsgevonden, blijft het feit dat de militair onbevoegd was om dergelijke transacties te regelen.

Huiszoeking

Bij een huiszoeking bij de militair werden munitie en rookgranaten aangetroffen, waarvoor hij geen ontheffing had, wat leidde tot beschuldiging van verboden wapenbezit. De militair werd tevens aangeklaagd voor het schenden van zijn ambts- en beroepsgeheim, waarbij vertrouwelijke informatie werd gedeeld.

450.000 euro

Het OM benadrukte dat deze strafbare feiten niet binnen de toegestane werkzaamheden als commando of wapenspecialist vallen, en dat de militair geen strak gereguleerde toestemming had om dergelijke feiten te plegen, zoals soms het geval is bij medewerkers van inlichtingendiensten. De strafeis tegen de militair houdt rekening met zijn bijzondere positie binnen het KCT, zijn persoonlijke achtergrond, de ernst van de ten laste gelegde feiten en de richtlijnen die het OM hanteert in drugsgerelateerde zaken. Naast de gevangenisstraf wordt ook de ontneming van criminele winsten geëist, geschat op meer dan 450.000 euro.

Ridouan T.

Verder is er geen bewijs dat de militair contacten had met de eerder veroordeelde drugshandelaar Ridouan T., en de militair wordt hier dan ook niet aan gelinkt, aldus het OM. Het benadrukt de ernst van de cocaïnehandel en de risico’s die het met zich meebrengt, zoals corruptie, witwassen en geweld, evenals de schadelijke effecten van cocaïnegebruik voor de samenleving.