De overheid is er maar druk mee: het voorbereiden van de op voorhand mislukte proef van gelegaliseerde kweek van cannabis. We lezen op Eenvandaag de actuele stand van zaken.
Veel kwekers zullen niet gaan profiteren van het experiment, maar dat kon je op je vingers natellen. Na het Bedrocan falen (geen apotheek nog die er koopt, maar wel vele kilo’s voor de export), weten we inmiddels dat de overheid vies is van gezonde concurrentie. Vijf tot tien verschillende ondernemingen moeten straks alle legale cannabisproducten in Nederland gaan maken. Zie je het al voor je? De ministers van Justitie en Medische Zorg willen liever niet dat er één bedrijf is dat alle wiet en hasj gaat maken, want dat zou een onwenselijk monopolie creëren, zo lezen we op de website van Eenvandaag. Kennen diezelfde Ministers Bedrocan wel toch?
Toch kan ook niet iedereen zomaar aansluiten bij het wietexperiment. Het aantal legale telers blijft binnen het experiment beperkt, zodat het toezicht beter handelbaar is. Ook mogen mensen die in het verleden veroordeeld zijn voor illegale wietteelt niet meedoen met het experiment (je zou eens tegen iemand met ervaring oplopen zeg, dan gaat het straks toch allemaal nog goed!). Op die manier wil het kabinet de vermenging tussen onder- en bovenwereld tegengaan. Maar wij weten dat de onderwereld zich een krul in de broek lachen; die kunnen niet wachten op de start van de proef.
Wiet- en hasjrokers waren er angstig voor de overheid zou besluiten om maar één soort cannabis te produceren. Er zijn namelijk tientallen verschillende rassen van de cannabisplant en daarop zijn vrijwel ontelbaar veel variaties, die allemaal een andere geur hebben, een andere smaak, maar vooral een ander effect. Elke cannabisliefhebber heeft zijn eigen voorkeur voor een bepaalde smaak of een specifiek effect.
Nou, daar komt de oplossing van de roverheid: het kabinet heeft besloten dat er minimaal tien verschillende soorten wiet en vijf verschillende soorten hasj gemaakt moeten worden. Dat zou een acceptabel aantal moeten zijn om elke cannabisroker op zijn wenken te bedienen. Komen die mensen wel eens buiten vraag je je af?
Toen de Wet gesloten coffeeshopketen werd aangenomen door de Tweede Kamer, stonden een aantal gemeenten vooraan om te roepen dat cannabissoorten een niet te hoog gehalte aan werkzame stof, THC, zouden moeten bevatten. De adviescommissie van de Tweede Kamer constateerde dat de wetenschappelijke gegevens over de werking en risico’s van het hoofdbestanddeel THC ‘niet eenduidig’ zijn. Bovendien zouden mensen legale wiet wel eens de rug toe kunnen keren als zij niet de populaire wietsoorten met een hoog THC-gehalte kunnen kopen. Het kabinet wil daarom ‘een representatief aanbod’ verzorgen voor de cannabisten.
Alle legale wiet en hasj worden straks in een standaardverpakking verkocht. Op de verpakking staat precies vermeld wat de inhoud is: welke wietsoort, welke werkzame stoffen, maar ook wat de risico’s van cannabis zijn, net zoals ze dat doen op een fles sterke drank (haha). Op de verpakkingen komt dus een etiket met waarschuwingen. Zo zal er te lezen zijn dat je cannabis beter niet kunt roken, omdat dat slecht is voor de longen, en dat je beter geen wiet kunt nemen als je last hebt van psychische problemen.
Niemand hoor je over de tol die de deelnemende coffeeshophouders moeten gaan betalen en hoe de inschatting van de overheid is van het aantal gebruikers dat goedkoop bij hun lokale dealer het spul gaat kopen. Minder coffeeshops betekent meer illegale teelt, dus werkt het precies andersom als waar de overheid (althans voor de bühne) op hoopt.