Je oma komt uit een tijd waarin alles anders was, inclusief de kennis over drugs. Terwijl we tegenwoordig veel beter begrijpen wat drugs zijn en hoe ze werken, leven er bij oudere generaties soms nog ouderwetse (en hilarische) ideeën over deze middelen. Hier zijn de grootste mythes over drugs die je oma je ooit heeft verteld – met een knipoog naar de vaak komische misverstanden die nog steeds bestaan.
1. “Van wiet krijg je gegarandeerd hallucinaties”
Voor veel oudere generaties staat cannabis gelijk aan een trip die vergelijkbaar is met een LSD-ervaring. Volgens oma ga je na één hijsje meteen roze olifanten zien. In werkelijkheid is wiet vaak veel milder dan de meeste mensen denken. Hallucineren? Dat gebeurt alleen in oma’s fantasie!
2. “Als je eenmaal een joint hebt gerookt, zit je binnen een maand aan de heroïne”
De beroemde ‘gateway drug’-theorie! Voor veel oma’s leidt één joint automatisch tot een pad vol narigheid. In hun ogen is het een glijdende schaal die eindigt in donkere steegjes. Hoewel deze theorie intussen flink is ontkracht, leeft het beeld nog sterk in oudere generaties.
3. “Alcohol is geen echte drug, dat is gewoon een drankje”
Probeer oma maar eens te vertellen dat dat glaasje sherry ook een drug is. Grote kans dat ze dat als nonsens afdoet. Voor veel ouderen is alcohol iets ‘sociaal geaccepteerds’ en geen ‘echte’ drug. Leg haar maar eens uit dat het net zo goed effect heeft op het brein als die enge pillen waar ze zo bang voor is.
4. “Wiet blijft voor altijd in je lichaam”
Volgens oma gaat die wietrook nooit meer uit je systeem. Ze denkt waarschijnlijk dat de stof voor altijd ergens rondzweeft in je bloed en je hersenen. In werkelijkheid verdwijnt THC na verloop van tijd, maar het beeld dat je voor altijd ‘besmet’ bent blijft voor sommigen hardnekkig hangen.
5. “Van wiet krijg je sowieso een psychose”
Oma heeft vast verhalen gehoord over psychoses, paranoia en chaos. Voor haar is elk gebruik van cannabis een recept voor drama. Terwijl er inderdaad risico’s zijn voor mensen met aanleg voor psychische problemen, zullen de meeste mensen na een joint gewoon relaxed in de bank ploffen, zonder in paniek te raken.
6. “Als je drugs hebt gebruikt, kunnen de doktoren het meteen zien in je ogen”
Oma is ervan overtuigd dat artsen en andere professionals je meteen doorhebben. Volgens haar loop je direct met grote, verdachte ogen rond en weet iedereen het. In werkelijkheid zie je meestal niets aan iemand die een keer een joint heeft gerookt. Oma’s denken daar echter heel anders over!
7. “Een beetje CBD-olie en je bent stoned”
CBD-olie is voor veel oma’s gewoon ‘cannabis in een flesje’. Terwijl de meeste mensen allang weten dat CBD niet psychoactief is en puur voor ontspanning of pijnverlichting wordt gebruikt, denkt oma dat je na één druppel meteen high bent. Probeer haar maar eens gerust te stellen!
8. “Iedereen die drugs gebruikt is een crimineel”
In oma’s wereldbeeld waren drugsgebruikers vroeger vooral randfiguren die het slechte pad op gingen. Dat de buurvrouw misschien CBD-olie gebruikt voor haar gewrichten of dat een jonger familielid een keer een jointje rookt, past niet in haar wereldbeeld. Voor oma zijn drugs nog altijd ‘iets van de onderwereld.’
9. “Van paddo’s ga je praten met bomen en bloemen”
In oma’s ogen veranderen psychedelische paddenstoelen je in een sprookjesfiguur die uren met de natuur praat. Hoewel er zeker interessante effecten kunnen optreden, zijn die verhalen over bloemen die praten en bomen die met je meedenken waarschijnlijk wat overdreven.
10. “Een joint aansteken zorgt ervoor dat de hele buurt het ruikt”
Oma denkt vaak dat één hijsje meteen de hele straat op de hoogte stelt. Voor haar is wietrook zo sterk en penetrant dat het tot in alle hoeken van de wijk waait. In werkelijkheid is de geur herkenbaar, maar blijft het zelden hangen zoals oma vreest.
ouderwetse mythes voor een goede lach (en een beetje begrip)
Deze mythes mogen dan wel grappig zijn, ze tonen ook het verschil in beleving tussen generaties. Voor oma waren drugs ‘iets nieuws en engs’ en informatie was vaak niet zo beschikbaar als nu. Gelukkig kunnen we haar met een glimlach geruststellen en een beetje bijpraten over de realiteit. En ondertussen lachen we nog even door over de charmante en onwetende mythes die onze oma’s in stand houden.