Dagelijks lezen we ze in het nieuws, politieberichten waar vol trots wordt gemeld dat Nederland weer een stukje veiliger is omdat er een ‘hennepkwekerij’ is opgerold. Het liefst met de melding dat de stroom werd gejat.
Maar wij durven met een gerust hart het tegendeel te beweren inmiddels. Eerst even een correctie, want het is geen hennepkwekerij, maar een wietkwekerij. Dat gezegd hebbende, lees verder.
Gedogen en bestrijden
De overheid wil ons alsmaar doen geloven dat de wiethandel en de personen er omheen grote criminelen zijn. En veel daarvan zijn dat ook, dat ontkennen we niet. Maar die criminelen worden in leven gehouden door het bijna spastische optreden van de politie.
Want het is diezelfde overheid die het wél (gedoogd) toestaat aan coffeeshops om wiet te verkopen. En uiteraard profiteren ze daar fijn van mee door de belastingen die de coffeeshophouders moeten betalen. De coffeeshops zijn in Nederland enorm populair
Criminelen profiteren
Criminelen staan elkaar naar het leven omdat de risico’s die ze nemen om de coffeeshops te bevoorraden enorm zijn en er veel geld mee gemoeid is. Criminelen jatten geen stroom omdat ze de rekening niet kunnen betalen, maar om de kans op ontdekking te verkleinen.
De druk opgevoerd
En zolang de politie jaagt op wietkwekers zal de druk op de wietkwekers die niet gepakt worden alleen maar hoger worden. Dat heeft tot gevolg dat er meer criminaliteit ontstaat en de prijzen van wiet omhoog gaan. Maar toch blijft justitie er maar geld in pompen in de strijd tegen een plant waar zoveel mensen baat bij hebben of er ontspanning mee beleven.
Impasse
Des te meer er bestreden wordt, des te meer criminaliteit. En hoe hoger de criminaliteit, hoe meer (belasting)geld er gevraagd wordt om dit te bestrijden. Wie doorbreekt deze impasse?
