Een verontrustende zaak van deepfake pornovideo’s heeft tot een strafrechtelijke vervolging geleid. De officier van justitie eist een taakstraf en een voorwaardelijke celstraf tegen een man uit Amersfoort, die wordt beschuldigd van het vervaardigen en verspreiden van een deepfake pornovideo.
Man uit Amersfoort
Het is een angstaanjagende nieuwe realiteit in de digitale wereld: deepfake technologie, die het mogelijk maakt om overtuigend vervalste video’s te creëren. In dit geval wordt een 39-jarige man uit Amersfoort geconfronteerd met juridische gevolgen voor zijn vermeende betrokkenheid bij het maken en verspreiden van een deepfake pornovideo. Deze video toont het gezicht van het slachtoffer dat digitaal is bewerkt en op het lichaam van een pornoactrice is geplaatst.
Niet van echt te onderscheiden
De deepfake bewerking is zo realistisch dat het vrijwel onmogelijk is om het te onderscheiden van authentieke beelden. Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) heeft de vervaardigde video geanalyseerd en bevestigd dat het inderdaad een deepfake is. Bovendien heeft het NFI het originele, onbewerkte beeldmateriaal op internet geïdentificeerd, wat bewijst dat de verdachte een deepfake-versie heeft gemaakt van het oorspronkelijke materiaal.
IP leidde tot de verdachte
Het onderzoek naar deze zaak heeft geleid tot de identificatie van het IP-adres van de verdachte. Dit werd mogelijk gemaakt door de inspanningen van het slachtoffer, dat zelf actief betrokken was bij het opsporen van de verdachte. Confronterend genoeg heeft de verdachte bekend dat hij de deepfake-video heeft gemaakt en verspreid.
Diepe impact op het slachtoffer
Deze zaak heeft ernstige gevolgen gehad voor het slachtoffer, dat zich terecht slachtoffer voelde van een zedendelict. De officier van justitie benadrukt de impact van deepfake-video’s op slachtoffers en pleit voor bredere bewustwording. De moeilijkheid om authentieke en vervalste beelden te onderscheiden, kan verwoestende gevolgen hebben voor de privacy van slachtoffers.
Strafeis was flink
De officier eist een taakstraf van 120 uur en een voorwaardelijke celstraf van twee maanden, met een proeftijd van twee jaar. Bij het bepalen van deze eis heeft hij rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Deze zaak onderstreept de groeiende urgentie van het aanpakken van deepfake-misbruik en de bescherming van slachtoffers tegen deze moderne vorm van digitale criminaliteit.